Alles komt goed Jozef (kindermoment 20201220)

Voor de Onderbouw:

De vrienden van Tom hebben een plannetje. Zaterdag willen ze gaan schaatsen. ‘Schaatsen?’, zegt papa, ‘er ligt toch geen ijs?’ ‘Nee, schaatsen op de overdekte ijsbaan.’ zegt Tom ’maar ik ga niet mee hoor, ik kan helemaal niet schaatsen.’ Dat is jammer, vindt papa. Eigenlijk moet Tom het nog leren en op het beginnersbaantje blijven. Als papa voorstelt op woensdag samen te gaan oefenen, dan wil Tom dat wel. En dat doen ze. ‘Vertrouw me maar’ zegt papa ’ik ben bij je en oefen met jou, zodat jij zaterdag mee kan’ En zo gebeurt het ook. Tom heeft vertrouwen in papa, hij leert schaatsen en gaat zaterdag met zijn vrienden mee. Vertrouwen hebben in iemand die je helpt is belangrijk. Dat merkt Jozef ook in het bijbelverhaal. Luister maar. 

Bijbelvertelling

Jozef ligt in bed. Hij wil graag slapen maar dat lukt niet. Hij denkt en denkt. Nee, hij piekert, hij maakt zich zorgen. Wat moet hij doen? Hoe gaat dit verder? Hij kan niet slapen, helemaal niet. Met grote open ogen ligt hij in bed. Waarom Jozef, wat is er aan de hand? Is er iets naars gebeurd? Ja, dat is er zeker. Jozef was eerst zo blij. Hij houdt van Maria en hij wil met Maria gaan trouwen. Hij vindt het fijn om met Maria te gaan wonen in een leuk huis. Jozef is timmerman en hij heeft al een mooi plan. Hij gaat een grote tafel maken van hout, en ook stoelen en een bed. Hij wil alles wel zelf maken, dat kan hij wel. Samen maken ze plannetjes, wat zal het fijn zijn als ze getrouwd zijn en in hun huis kunnen gaan wonen. 

Maar nu is het allemaal anders. Maria houdt niet meer van hem. Want Jozef heeft gehoord dat Maria een kindje krijgt. Dan houdt ze vast van iemand anders. Want anders kan er toch geen kindje in haar buik groeien? En daar piekert Jozef over. Hij denkt en hij denkt. Zal hij weggaan bij Maria, zal hij een brief schrijven aan haar om het te vertellen? Hij weet niet wat hij moet doen. Eindelijk valt hij in slaap. 

En dan, als Jozef slaapt, dan droomt hij. In die droom komt er een engel bij Jozef. Een engel die ook bij Maria is geweest en verteld heeft dat ze een kindje van God zal krijgen. Dat vertelt de engel nu ook aan Jozef. Gods plan is om zijn Zoon naar de aarde de sturen. Maria mag de moeder worden van dit kindje. Het kind van God zal Jezus heten en later als Hij groot is zal Hij de mensen van God vertellen. Heel lang geleden was er een profeet, Jesaja, en hij vertelde al dat er een kind van God geboren zou worden. En nu is dat bijna zover. 

De engel zegt: ‘Maar Jozef, je hoeft niet bang te zijn dat Maria van een ander houdt. Ze houdt van jou en God wil dat jij ook voor dit kind zorgt. Samen met Maria. Dus Jozef, je hoeft niet weg te gaan, je hoeft geen brief te schrijven. Wees maar niet bang, God zal je helpen. Vertrouw maar op God. Het zal goed komen, jullie zullen fijne ouders zijn voor dit kindje Jezus.’ 

Dan wordt Jozef weer wakker. Hij gaat rechtop in bed zitten en denkt na. Hij heeft gedroomd en in die droom is iets heel belangrijks gezegd door de engel. Het is niet zomaar een droom, het is een belangrijke boodschap van God. Jozef staat op en gaat meteen naar Maria. Hij vertelt alles aan haar. En zo komt het goed, Jozef en Maria gaan samen verder. Jozef zorgt goed voor Maria. Ze gaan trouw-en en wachten tot het kindje geboren wordt. Dan zal hij de naam Jezus krijgen, precies zoals de engel heeft gezegd. 

Voor de Bovenbouw:

Timo is verdrietig en ook een beetje boos. Femke wil zijn vriendinnetje niet meer zijn. Ze wilde vandaag op school niet naast hem zitten. Ze ging bij Sem zitten! Ze zitten altijd naast elkaar, elke dag! Waarom wil Femke niet meer naast hem zitten? Zou ze hem stom vinden? Waarom? Hij begrijpt het niet. Nou, hij vindt Femke stom! ‘Waarom kijk je zo boos, Timo?’, vraagt de meester, ‘Wat is er gebeurd?’ Hij neemt Timo even mee naar de gang om rustig te kunnen praten. Timo kijkt naar de grond, hij wil het niet, maar toch ook wel vertellen. Misschien weet de meester wat hij moet doen? Dan vertelt hij aan de meester waarom hij boos is. ‘Oh Timo, wat goed dat je dit aan mij vertelt! Femke is gewoon nog jouw vriendin hoor. Ik heb gevraagd aan Femke of zij vandaag naast Sem wilde gaan zitten. Zij gaat vanaf vandaag elke dag samen met Sem rekenen. Maar na de pauze komt ze weer bij jou zitten, oké?’ Snap je dat Timo boos is? Wat had jij gedaan, als jij Timo was? Weten jullie nog dat we het vorige week over een spiegel hebben gehad? De meester liet Timo even in de spiegel kijken. Er was niets aan de hand in de vriendschap van Timo en Femke. In het verhaal van vandaag kijkt Jozef ook in een spiegel, een spiegel die hem op andere gedachten brengt.

Bijbelverhaal 

Het is nacht in Nazaret. Maar Jozef kan niet slapen. Hij woelt en draait in zijn bed. Maria heeft hem iets vreselijks verteld. Ze zei dat ze een baby krijgt. Ze zei iets over een engel die haar dat had verteld en dat de Zoon van God geboren zou worden. Ze leek zo gelukkig! Maar hij snapt er niks van. Alleen dat hij, Jozef, niet de vader is! En ze keek nog blij ook! En hij dacht nog wel dat Maria en hij heel veel van elkaar hielden. Ze zouden bijna gaan trouwen, de dag was al gepland. En nu houdt ze blijkbaar van een andere man! Jozef houdt nog steeds van haar, maar als ze van een andere man houdt wil hij niet meer met haar trouwen, ook al zijn ze verloofd. Maar als hij niet met haar gaat trouwen en ze krijgt de baby, dan zullen de mensen denken dat zij een slechte vrouw is. En wil niemand meer haar vriendin zijn. Weet je wat: hij zal over een paar nachten in stilte weggaan. Als niemand hem ziet. En in een ander dorp hier ver vandaan gaan wonen. Ze kunnen overal wel een timmerman gebruiken. Dan geven alle mensen hem de schuld, want dan denken ze dat hij Maria in de steek heeft gelaten. En zullen ze goed voor Maria en haar baby zorgen. Maar wat is dit moeilijk. Hij draait zich weer om. En zucht diep. Een week geleden was alles nog zo mooi en dachten ze nog aan de bruiloft. Maria naait al aan een nieuwe jurk en nu… Uiteindelijk valt Jozef toch in slaap. Die nacht krijgt hij een droom. 

In de droom ziet hij een engel, een boodschapper van God, hij praat tegen Jozef. ‘Jozef, luister. Ik vertel je iets wat je goed moet onthouden! Weet je nog dat je uit de familie van koning David komt? Eigenlijk ben jij een prins. Dit kind zal ook, door jou, zoon van David worden genoemd. Je kunt rustig met Maria trouwen. Want ze houdt echt van jou. Dit kind wat in haar groeit is van de Heilige Geest. Ze krijgt een zoon, geef hem de naam Jezus. Redder, verlosser betekent dat. Want Hij zal zijn volk ook redden. Al hun zonden zullen vergeven worden. Het staat zo ook al in de Bijbel. De profeet Jesaja zei het al. Hij krijgt veel namen. Ook Immanuël zal Hij genoemd worden. Dat betekent: God is bij ons.’ 

De droom is voorbij. Jozef wordt wakker. Hij herinnert zich de droom direct. Hij had slecht over Maria gedacht, maar de engel heeft dat helemaal veranderd. Het was waar wat Maria vertelde! Ze heeft echt een engel op bezoek gehad en die engel kwam vannacht bij hem in de droom! De bruiloft kan gewoon doorgaan. En hij, Jozef, wordt vader van een zoon. Hij, afstammeling van koning David, mag een vader zijn voor Gods Zoon! Zo komt God echt dicht bij ons! Onvoorstelbaar, maar echt waar. Hij gaat vandaag zeker weten een bezoekje brengen aan Maria en vrolijk staat hij op. De bruiloft gaat door!

Vergelijkbare berichten